Muziek en Architectuur

Een gebouw spreekt voor zichzelf.
Muziek zingt zich.

Muziek en architectuur. Is er een relatie tussen beide?

Goethe noemde architectuur “gestolde muziek” en muziek “vloeibare architectuur”. In de opera van Wagner klinkt “[…] zum Raum wird hier die Zeit.” (Gurnemanz, Parsifal, akte 1)

Welke aspecten uit de geleefde tijd lees je terug in gebouwen. Welke elementen bouwen de muziek. Welke bouwstenen hadden architecten en componisten ter beschikking en welke nieuwe materialen voegden ze toe. Werden kunstenaars gedreven door technische aspecten? Komen de kunstwerken voort uit artistieke, ethische of optische keuzes? Of waren het culturele, religieuze of sociologische behoeftes?

Ritme, vorm, horizontaliteit, verticaliteit, hoogte, diepte, structuur, grondtoon, symmetrie, centraliteit, proporties, materiaal, textuur, kleur, harmonie en motieven zijn van belang bij het ontwerp van zowel een gebouw als een muziekstuk. Deze ontwikkelen zich in de tijd. Zowel de architect als de componist zoekt naar een stevige constructie en een balans tussen eenheid en verscheidenheid. 

Een mooi voorbeeld hiervan is het gebruik van de guldensnede, ook wel “de” goddelijke proportie genoemd. Deze bestaat erin dat een afstand in tweeën gedeeld wordt op een asymmetrische manier, maar dan zo dat de verhouding van het grootste deel tot het kleinste, dezelfde is als de verhouding van het geheel tot het grootste deel. Zelfs in de natuur (zonnebloem, denneappels, inplantingsafstand van takken, enz.) is de guldensnede aanwezig. Een mooi architectonisch voorbeeld is de Abdij in Vaals van Dom van der Laan.

Met deze vragen en gedachten ben ik nieuwsgierig op weg naar het concert Architectonen dat ik in het Laurens Symfonisch koor zing op 9 oktober aanstaande. In welke hoedanigheid zingt de muziek zich en spreekt de ruimte zich uit?  Schuilt het antwoord op de vraag juist in de muzikale rusten, als de akoestiek de klanken meeneemt? Als resonantie bezit neemt van zowel lichaam als geest van de muzikant, de luisteraar en de architectonische ruimte?

Architectonen
Woensdag 9 oktober 2024
20.15 uur – Laurenskerk, Rotterdam

Programma
Tallis / Spem in alium
Josquin des Prez / Mis: Kyrie
Willaert / De profundis
Gabrieli / Mis: Gloria á 16
Schütz / Psalm 100
Allegri / Miserere
Lotti / Crucifixus
Bach / Motet Komm, Jesu Komm
Messiaen / Apparition de l’église eternelle
Rheinberger / Mis: Credo
Verdi / Ave Maria
Pizzetti / Mis: Sanctus, Benedictus
Schönberg / Dreimal tausend Jahre
Barber / Mis: Agnus Dei

Laurens Symfonisch
Wiecher Mandemaker – dirigent
Hayo Boerema – orgel

Afbeelding:
De St. Laurenskerk Rotterdam omstreeks 1600.
Kopergravure, zonder naam. Stadsarchief.Rotterdam.nl

Le Cantique des Cantiques

Van 17-20 september 2024 zette het Groot Omroepkoor o.l.v. Benjamin Goodson Le Cantique des Cantiques van Jean-Yves Daniel-Lesur op CD. Ik had het geluk dat ik aan deze opname mee kon werken. We zingen zeven a capella liefdesliederen waarin de Sulamithische, de herder en koning Salomo door verschillende stemgroepen worden gezongen en bezongen. Tegelijk, vermengd in het geheel, klinken er Latijnse teksten. Wellicht ter illustratie van- of een gedachte aan de mogelijke uitleg van de liefdesrelatie tussen Christus en de Christen. Hoewel de liederen aan Koning Salomo worden toegeschreven kwam ik ook een uitleg tegen dat de liederen dateren uit de tijd ná Salomo en dat de vorm van de liederen overeenkomt met oud-Egyptische liefdesliederen.

In de voorbereiding op het project liet ik mij inspireren door de poëzie van Judith Herzberg. Haar bundel Liefdesliedjes verscheen in 1971 en werd in opdracht voor een kindertelevisieprogramma over het Hooglied geschreven. Kinderen zouden zo op een toegankelijke manier kennis kunnen maken met de poëzie van dit bijbelboek.

[…]
Mijn liefste ruikt
naar vruchten en kruiden
uit verre landen
zijn geur blijft
tussen mijn borsten hangen
[…]

Judith Herzberg, Doen en Laten
Een keuze uit de gedichten.
Uitgave: Rainbow Pockets,1994

Tijdens het schrijven van deze highlight ontdekte ik muziek van verschillende componisten die het Hooglied ook als bron gebruikten. Giovanni Pierluigi da Palestrina, 1584, componeerde Canticum canticorum – ­letterlijk: lied der liederen. Dietrich Buxtehude gebruikt delen van het Hooglied in zijn cantate-cyclus Membra Jesu Nostri uit 1680. Bij Johann Sebastian Bach hoor je het Hooglied in zijn Cantate BWV 140. Ralph Vaughan Williams schreef in 1925 zijn Flos campi (‘Bloemen des velds’). Een veel nieuwer werk is Songs from Solomon’s garden van componist Matthias Pintscher dat in 2010 in premiere ging. Het stuk, voor bariton en orkest, schildert de tekst van het Hooglied op een bijzonder mooie kleurklankrijke manier.

#eenvruchtbareweek #erlustigoploszingen

Afbeeldingen:
Song of Songs
Gustav Moreau,
1893, Ohara Museum of Art,
Kurashiki, Japan

Song of Songs IV
Marc Chagall, 1960
National Museum
Nice, France

Zing! vecht, HUIL, bid, lach, werk en bewonder!

‘I’m too sad to tell you’ is een karakteristiek werk binnen het oeuvre van Bas Jan Ader, die op zoek was naar situaties waarin een mens, emotioneel of fysiek, de controle over zichzelf verliest. Met zichzelf in de hoofdrol heeft hij deze existentiële ervaringen gestalte gegeven in zijn films en fotowerken.

Foto, Twee dimensionaal object
59 x 49 cm, PE papier
Ontwikkelzilvergelatinedruk
Depot, Boijmans van Beuningen, Rotterdam

Bas Jan Ader,
Winschoten 1942- Atlantische oceaan 1975

‘…waarin een mens fysiek of emotioneel de controle over zichzelf verliest…’

In mei 2024 bezocht ik het Internationaal Liedfestival in Zeist waar bariton Roderick Williams een masterclass gaf. Tijdens de les aan een van de professionele duo’s werd ik, luisteraar, gevraagd om tegenover de zangeres te gaan staan en haar beide handen vast te houden. Elkaar aankijkend, met handen verbonden, zong ze een lied. Bij het zingen van de laatste frases overviel haar een lachen en zakte ze in elkaar. Toen ze zich weer oprichtte stonden haar ogen vol tranen. Haar stem kwam ineens uit een andere, diepere, fysieke en emotionele laag. De tekst kreeg pure zeggingskracht. Zij werd haar stem. Wát een ontroerende ervaring van hart tot hart, voor ons beiden en voor het publiek.

Een hele andere emotie zag ik kortgeleden bij de flashmob door het Residentie Orkest en het Laurens Symfonisch koor o.l.v. Richard Egarr. Na een korte opbouw van het welbekende thema uit het vierde deel van Beethovens negende symfonie barstten een paar omstanders, die niets vermoedend tussen ons stonden, bij de koorinzet spontaan in tranen uit. Was het de schok om de kracht van het stemgeluid? Was het de tekst van Schillers “Ode an die Freude”? Wat emotioneerde?

#nieuwsgierig: (her)ken jij de winst van controleverlies?

#stemhebbenenstemzijn
#zingenomteleven

Zing! VECHT, huil, bid, lach, werk en bewonder!

Zing! VECHT, huil, bid, lach, werk en bewonder!

Vecht je voor je plek in een ensemble? Is auditeren ellebogenwerk? Ga je de strijd aan met je zang-struggles: het gestoei met je techniek, je adem, die onbereikbare hoge tonen, te strakke spieren, opgetrokken schouders? Worstel je je door een onveilige en ongemakkelijke situatie heen om je maar niet te laten kennen of je zenuwen niet te laten merken?

Dit vechten kan zomaar professioneel zingen in de weg staan. Terwijl je om vrij te musiceren en de muziek recht te doen veiligheid en verbondenheid nodig hebt.

Tegenwoordig bestuderen veel zangpedagogen de polyvagaal theorie om de werking van ons zenuwstelsel te leren kennen. Welke rol spelen de reflexen vechten, vluchten en bevriezen in het zingen? En hoe gaan we daarmee om bij een optreden?

Ons zenuwstelsel kan elk stressmoment als gevaar zien waardoor de vecht- of vluchtmodus actief wordt. Het effect op zingen is hoorbaar. De stem wordt luider of juist zachter. We spreken met minder dictie. De oren gaan dicht, de adem omhoog, spieren spannen en musiceren verandert in een gevecht. De oorzaken kunnen van ver komen. Interpretaties van- en je houding tot de werkelijkheid kunnen het parasympathische zenuwstelsel blokkeren. 

De vraag is: hoe bouw je vertrouwen op voor veiligheid en verbondenheid? Hoe kun je bemoediging belichamen en veilig zijn in je eigen muzikaliteit en tegelijkertijd open zijn naar je collega’s? Hoe houd je plezier in het optreden?  

#nieuwsgierig: Sta eens stil bij de informatie die je lichaam je geeft. 

Durf je onzekerheidsvaardig te zijn? Je kwetsbaar op te stellen in je leerproces? Kun je nieuwsgierig blijven met een glimlach in het hart?

Steel Stolen

Alfred Schnittke – Stimmen der Natur
Veljo Tormis – Raua needmine (Vloek over het ijzer)
John Tavener – Svyati
Sofia Goebaidulina – Sonnengesang

De titel van dit bijzondere programma verwijst naar het materiaal waarop de mens de industriële revolutie heeft gebouwd. Het staal gemaakt van grondstoffen die we onttrokken aan de aarde. Gestolen wellicht. Gedolven om voor onze doeleinden te gebruiken. Maar kennen we de werkelijk krachten ervan? Hebben we oog voor de onvoorziene bijwerkingen? En wat als die krachten zich tegen ons keren?

“Leer de kracht kennen van wat je delft, voor je het gebruikt.” Dat lijkt de boodschap van het bedwelmende stuk Curse upon Iron van Veljo Tormis.

Nederlands Kamerkoor en HIIIT (voorheen Slagwerk Den Haag)
Peter Dijkstra – chefdirigent
Maya Fridman – cello
Laurens Bonvin – visuals
Ishtar Bakhtali en Emily Palawan Collison improvisaties (NKK NXT alumni)

Context programmering: In de inleiding voorafgaand aan de concerten inspireert Merlijn Twaalfhoven, oprichter van The Turn Club, tot reflecteren, zet hij aan tot actie en geeft hij samen met het publiek en twee zangers van NKK NXT klank aan het vraagstuk hoe wij ons als mensen kunnen en willen verhouden tot de natuur.

Concerten
8 mei Muziekgebouw aan het IJ, Amsterdam
10 mei Musis & Stadstheater, Arnhem
11 mei Nieuwe Kerk Den Haag
12 mei Werkspoorkathedraal, Utrecht

#eenknapstaaltjemuzikaalwerk.

Afbeeldingen:
Werkspoorkathedraal, 12 mei

Aleppo

Aleppo: de stad van duizend en één liederen

‘If you find no remedy for my pain, give me a breath of Aleppo’s wind.’ 

Met deze zin uit een meer dan duizend jaar oud gedicht begint Wasim Arslan zijn verhaal. Hij neemt ons mee naar zijn geboortestad, naar de zegeningen van zijn jeugd, naar de geur van zeep. Hij vertelt over zijn zoektocht naar veiligheid, naar een nieuwe bestemming in vrijheid en met passie.

Zijn indrukwekkende vertelling krijgt muzikale omlijsting waardoor Aleppo weer tot klinken komt en de diverse muzikale tradities hoorbaar worden. Zeven concerten met muziek, cultuur en verbondenheid. Een intense en emotionele belevenis zowel voor het publiek als voor de musici. Twee Aleppijnse componisten kregen een compositieopdracht: Nouri Eskander en Fawaz Baker. Daarnaast klinkt er ook Armeense koormuziek en joodse muziek uit de Andalusische sefardische traditie en de regionale Mizrahi-traditie.

Uitvoerenden
Wasim Arslan – verteller en zang
Sousan Eskander -viool
Modar Salama – percussie
Jawa Manla – zang en ud
Talal Fayd – ud
Shaza Manla – quan

Cappella Amsterdam
Leonard Evers – algehele leiding

Kenza Koutchoukali – eindregie
Willem Bruls – dramaturg
Floriaan Ganzevoort – lichtontwerp
Stefan Wiggers – techniek

Citaat uit het verhaal van Wasim:
‘Een stad van geuren. We wandelen in de zomernacht. Je voelt een briesje frisse wind, met de geur van jasmijn, citrus en seringen. De straten zijn levendig en we lopen langzaam. We hoeven nergens naartoe, want we zijn er al. Dat is de betekenis van leven.’

China 27 februari-8 maart

Na een succesvolle concertreeks in 2022 van het Nederlands Kamerkoor met ‘Van Gogh in me’ in Nederland en daarbij de CD-opname kwam het lang verwachte, grote avontuur: De reis naar Hongkong en Shanghai.

Twee weken hand in hand met Van Gogh, Klimt en onze muzikale vrienden Debussy, Saint-Saëns, Mahler en Schönberg. Vier concerten met daaromheen vrije dagen. Voldoende gelegenheid voor bijzondere toeristische verkenningen.

Fijne collega’s, gewéldig lekkere vegetarische en veganistische kantonese maaltijden, een mooi maar ook bizar museum, een wandeling naar 2700 meter Victoria Peak, zwoele hitte, warme regen, rondvliegende verkoudheidsbacteriën, twee vluchten van 14 uur, een reisdag van 21 uur, een super leuke workshop met studenten op de campus, een aanrijding met ons taxibusje, skylines, lichtshows, koffie met cake, ongemakkelijk met stokjes eten, een betalingssysteem dat niet werkt, stempels voor de douane, smog en mist… Kortom: een onvergetelijke reis met sterren! 

afbeeldingen:
De alten van het studentenkoor.
Lichtshow Shanghai, De Bund.

Gurrelieder, Arnold Schönberg (1874-1951)

Het is maar goed dat Arnold Schönberg in 1900 te laat was met het inleveren van zijn muziekstuk voor de compositiewedstrijd in Wenen. Wellicht hadden we de Gurrelieder in de huidige vorm, een groots driedelig muziekdrama, niet kunnen uitvoeren. Elf jaar duurde het voor het werk voltooid werd. Op 23 februari 1913 stond in de grote zaal van de Musikverein in Wenen de eerste uitvoering op het programma. 

De middeleeuwse legende over de liefde van de Deense koning Waldemar voor  zijn minnares Tove, die op het kasteel Gurre wordt vermoord door de jaloerse koningin, is de basis van het verhaal. Schönberg gebruikt de Duitse vertaling van Jens Peter Jacobsen’s “Liederen van Gurre”.

In de ouverture symboliseren dalende lijnen en donker wordende klankkleuren de zonsondergang. Na het spel van de liefde, de dood van Tove, de klaagzang van Waldemar in het eerste en tweede deel volgt een onstuimig laatste deel. De ondoden staan op, er start een wilde jacht en een haan kraait. Het deel eindigt met een C-Groot akkoord, gezongen door een immens koor. De zonsopgang!

Een hoogtepunt in deel twee is Het Lied van De Woudduif. (De Woudduif is het symbool van de onschuld). In deze opname uit 2015 wordt het gezongen door mezzosopraan Yvonne Minton met het BBC Symphony Orchestra o.l.v. Pierre Boulez. 

Vanwege de enorme bezetting met maar liefst vijf solozangers, spreekstem, vier mannenkoren, gemengd koor en een reusachtig symfonieorkest met onder meer tien hoorns en acht trombones wordt het stuk niet vaak uitgevoerd. Des te bijzonderder is het dat op donderdag 1, vrijdag 2 en zondag 4 februari 2024 het Concertgebouw Amsterdam ermee is gevuld.

Wie doen er mee…
Koninklijk Concertgebouworkest
Ricardo Chailly – dirigent,
Benjamin Goodson – instudering
Robert Holl – bariton, Camilla Nylund – sopraan, Ekaterina Semenchuck – mezzosopraan, Andreas Schager – tenor, Norbert Ernst – tenor, Wolfgang Koch – bas
Groot Omroepkoor (GOK, 74 zangers)
Chor des Bayerischen Rundfunks (BR, 50 zangers)
Laurens Symfonisch (LS, 36 zangers)

#nieuwsgierig Hugh Wyles (1932-2015) heeft n.a.v. de Gurrelieder het verhaal van koning Waldemar en prinses Tove in dichtvorm gezet.

Afbeelding 1: Ruïne Kasteel Gurre uit de 12e eeuw, Denemarken, wikipedia afbeeldingen
Afbeelding 2: Schets van de Ruïne, 1889, wikipedia
Afbeelding homepage: Het zegel van de Deense koning Waldemar de Overwinnaar, 1204-1241

ZING! vecht, huil, bid, lach, werk en bewonder.

ZING! vecht, huil, bid, lach, werk en bewonder.

Het zal je niet verbazen dat mijn blog over zingen gaat. Professioneel zingen heeft al jaren een vervullende plek in mijn leven als uitvoerend musicus en als zangdocent.

Zingen is geboren in mijn jeugd. Mijn moeder zong solistisch en in koren. Mijn vader, ook musicus, was organist, docent muziek op een middelbare school en dirigent van een oratorium-koor. Mijn broer Arjan Roos, waarmee ik Duo Sub Rosa vorm is professioneel slagwerker.

Soms werd mij de mond gesnoerd omdat ik overal in huis meezong met het koor op de LP die in de huiskamer gedraaid werd. Of onder de douche omdat het voor mij oorstrelende galmende effect van de badkamer ‘voor de buren’ niet kon. Zelfs op mijn eerste professionele buitenlandse koorreis attendeerde een collega mij er voorzichtig op dat mijn vroege badkamerzang in alle hotelkamers ongewenst hoorbaar was.

Gelukkig heeft het mijn zangplezier niet gedoofd en heb ik een prachtig zangleven achter- èn voor me.

Zingen doe je samen. Zingen vervult en verbindt. Het brengt je binnenste buiten en heeft een positief effect op je gezondheid. Uit ervaring moedig ik je daarom aan: ZING!

Elk woord uit het refrein van het lied van Ramses Shaffy – Zing, Vecht, Huil, Bid, Lach, Werk en Bewonder, voor het eerst uitgebracht op een singeltje uit 1971, neem ik de komende tijd als uitgangspunt voor mijn blogs. #nieuwsgierig: Lees je mee?

Voor degene in een schuilhoek achter glas
Voor degene met de dichtbeslagen ramen
Voor degene die dacht dat-ie alleen was
Moet nu weten, we zijn allemaal samen
Voor degene met `t dichtgeslagen boek
Voor degene met de snel vergeten namen
Voor degene die `t vruchteloze zoeken
Moet nu weten, we zijn allemaal samen 

Refrein

Zing, vecht, huil, bid, lach, werk en bewonder
Zing, vecht, huil, bid, lach, werk en bewonder
Zing, vecht, huil, bid, lach, werk en bewonder
Zing, vecht, huil, bid, lach, werk en bewonder
Niet zonder ons 

Voor degene met de slapeloze nacht
Voor degene die `t geluk niet kan beamen
Voor degene die niets doet, die alleen maar wacht
Moet nu weten, we zijn allemaal samen
Voor degene met z`n mateloze trots
In z`n risicoloze hoge toren
Op z`n risicoloze hoge rots
Moet nu weten, zo zijn we niet geboren 

Refrein

Voor degene met `t open gezicht
Voor degene met `t naakte lichaam
Voor degene in `t witte licht
Voor degene die weet, we komen samen 

Refrein

#nieuwsgierig: Waar zing jij?

Afbeelding: tekening Mieke-Zingt door Gurli Feilberg

Songs of Farewell

Nederlands Kamerkoor
Peter Dijkstra chef-dirigent

Programma
Herbert Howells Requiem
James Macmillan Tenebrae Responsories
Hubert Parry Songs of Farewell

Onder leiding van chef-dirigent Peter Dijkstra brengt het Nederlands Kamerkoor met Songs of Farewell een programma met twee van de meest ontroerende werken uit de Britse koortraditie, waarin de gesneuvelde soldaten uit de Eerste Wereldoorlog worden herdacht.

Beide werken zijn geschreven naar aanleiding van ingrijpende persoonlijke ervaringen van beide componisten.

Herbert Howells schreef zijn Requiem ter nagedachtenis van die soldaten , maar het schrijfproces kreeg een wel zeer wrange wending toen zijn zoon – die nota bene op uitnodiging van zijn vader een noot aan de partituur had toegevoegd – op negenjarige leeftijd aan polio stierf. Hubert Parry kwam tot zijn compositie Songs of Farewell als reactie op de dood van enkelen van zijn studenten aan het Royal College of Music in Londen. Ook zij waren naar het slagveld gestuurd.

James MacMillan componeerde zijn TenebraeResponsories (2006) in de geest van Renaissancemeesters als Gesualdo en Victoria. Het werk is even complex als dramatisch: centraal staat de kracht van de liefde die spreekt uit de persoonlijke offers die we maken.

In de context van dit programma zijn citaten te lezen van soldaten uit de Eerste Wereldoorlog, waarbij we putten uit dagboeken, verslagen en brieven. Het is wrang om te zien hoe die citaten niets aan actualiteit hebben ingeboet. Wanneer leren we als mensen van onze fouten? We gaan terug naar de tijd van toen, in de tijd van nu. Een toen dat een pijnlijke gelijkenis vertoont met het heden. De troostende werking van de muziek van Howells en Parry is nog even urgent.

10 november 20:00 | Parkstad Limburg Theaters | Kerkrade
11 november 20:15 | Grote Kerk | Alkmaar
13 november 20:15 | Spot | Groningen
16 november 20:00 | Philharmonie | Haarlem
17 november 20:15 | Muziekgebouw aan het IJ | Amsterdam
18 november 20:15 | Nieuwe Kerk | Den Haag
19 november 20:00 | TivoliVredenburg | Utrecht
20 november 20:00 | Musis & Stadstheater | Arnhem
23 november 20:00 | Avademiehuis Grote Kerk | Zwolle
24 november 20:00 | Grote Kerk | Enschede

Afbeelding
Rijksmuseum Amsterdam
Afscheid van een soldaat, Julius Goltzius, ca. 1560 – 1595 Woordspelingen over de relatie tussen man en vrouw (serietitel)
Gravure 276 x 162 mm